Elke vogel een eigen tuinhuisje

Iedere vogelsoort vraagt om een eigen nestkast. Daarom verschillen deze sterk in grootte en invliegopening. Kies zelf welke gezellige kwetteraars jij naar je natuurlijke tuin wilt lokken.

Bos en weiland

Welke vogels je met een nestkastje in je tuin kunt laten broeden hangt sterk af van waar je woont. Als je huis in of naast een bos staat, kun je allerlei vogels aantrekken met passende nestkasten: van een winterkoninkje en een bonte specht tot een bosuil. Woon je tussen akkers en weilanden? Dan help je vooral zwaluwen, spreeuwen en mussen met een huisje om te nestelen, maar ook grote roofvogels, zoals een kerkuil en een torenvalk kun je helpen met een passende nestkast.

Woonwijk

Woon je in een dorp of stadswijk? Geef dan de tuinvogels die zich hier willen nestelen een droomhuisje:

 

  • Huismus: het nestkastje kun je het beste tegen een huis of ander gebouw aanhangen op tenminste 2 meter boven de grond. Het invlieggat is 3,5 cm. Lok een groep mussen met verschillende nestkasten bij elkaar of in hoge mussenflats.
  • Koolmees en pimpelmees: ook een mezenkastje moet minimaal op een hoogte van 2 meter hangen. Deze vogels houden van een beetje privacy, dus hang een volgend kastje minsten 10 meter verderop, en een kastje voor een pimpelmees ook nog 3 meter van de koolmees. Het invlieggat voor een koolmees is 3,2 cm, voor de pimpelmees slechts 2,8 cm.
  • Spreeuw: spreeuwen vinden het heerlijk om onder de dakpannen van oude huizen te broeden. In een nieuwbouwwijk help je deze vogel met een wat groter kastje op een hoogte van 2 tot 5 meter en een invlieggat van 4,5 cm. Je kunt ook een spreeuwenpot van aardewerk gebruiken.
  • Roodborst: het roodborstje vindt het fijn om beschut achter een heg of muurklimmer te zitten. Het halfopen huisje van de roodborst is niet groot, maar heeft wel een groot invlieggat van minimaal 5 cm. Hang het onder een dakrand op ongeveer anderhalve meter hoogte. Ook soorten als winterkoning en kwikstaart help je met een halfopen nestkast

Weer en wind

Let er bij aankoop op dat jouw nestkastje tegen een stootje kan, een stevige ophanghaak heeft en een houtdikte van tenminste 1,5 cm. Een deurtje is ook handig zodat je het makkelijk kunt schoonmaken. Hang het huisje op een rustige plek, beschut tegen regen en al te veel zon, en met een aanvliegroute zonder obstakels.

Tip!

Hang een nestkastje op een rustige plek dus niet naast een voordeur of boven je terras. Vogels houden niet van te veel activiteit rondom hun nest.