Pronken met paarse besjes

Vanaf september krijgt de Callicarpa of schoonvrucht uitbundige paarse besjes. Ze vallen nog meer op als de eerste nachtvorst is geweest en de bladeren van de struik verdwijnen. De variatie Callicarpa bodinieri ‘Profusion’ is tweeslachtig.  Zo ben je met één struik al verzekerd van een paarse herfst.

Prachtig paars
De paarse besjes van de Callicarpa hangen in trosjes van ongeveer 30 stuks aan een tak. Je kunt ze eenvoudigweg niet over het hoofd zien. De struik die zo’n 140 soorten telt, wordt ook wel schoonvrucht genoemd. Hij kan tot wel twee meter hoog en twee meter breed worden, maar is goed te snoeien. Om besjes te krijgen heb je, normaal gesproken, mannetjes- en vrouwtjesstruiken nodig zodat de bloemen worden bevrucht, maar de tweeslachtige Callicarpa bodinieri ‘Profusion’ bevrucht zichzelf.

 

Metamorfose

Door de seizoenen heen zie je de Callicarpa telkens veranderen: 

  • Herfst
    Vanaf september verschijnen de besjes. De bladeren van de plant verkleuren langzaam naar goudgeel en violet en verdwijnen bij de eerste nachtvorst. De besjes vallen dan nog meer op! Je zult zien dat deze cvruchtjes ook nog eens lang aan de Callicarpa blijven hangen. Ze hebben een wat bittere smaak waardoor vogels er niet meteen wild op afkomen.
  • Winter
    Vanaf half februari verschrompelen de besjes die niet ten prooi zijn gevallen aan vogels. Daarna vallen ze van de takken. De Callicarpa bodinieri ‘Profusion’ is winterhard. Bij strenge winters kunnen de toppen van deze struiken wel bevriezen, maar ze herstellen zich makkelijk.
  • Lente
    In het voorjaar na de vorst kun je enkele oude takken tot bij de grond wegsnoeien. Aan de tweejarige takken komen zijtakken met bloemen. Die kun je snoeien, maar doe dit niet ieder jaar omdat je anders minder bloemen en bessen krijgt.
  • Zomer
    De bladeren kleuren wat donkerder groen en tussen juni en augustus verschijnen kleine schermen met onopvallende lilaroze bloemetjes.

 

Sterke schoonvrucht
De schoonvrucht houdt wel van wat licht en is tevreden met een standplaats in de zon of halfschaduw. Zorg voor een goed doorlatende, wat humusrijke bodem. Maak de aarde onderin het plantgat goed los. Meng wat tuinaarde door de uitgegraven grond en plant de kluit hierin. Bemest de Callicarpa in het voorjaar met wat koemest. Ook een beetje turf doet haar goed.

Advies van de specialist!

Je kunt de bloemen van de Callicarpa ook goed drogen. Hang ze dan aan hun stelen in een droge ruimte op. Op de vaas drogen kan ook.